In Den Haag moeten ook dingen gemaakt worden

Artikel Cees-Jan Pen

Lector de Ondernemende Regio Fontys Hogescholen

Ruimte voor werken in Den Haag moet hoog op de agenda staan deze raadsverkiezingen. In een attractieve stad is immers ruimte voor zowel wonen als werken. De nadruk ligt bij veel plannen en ontwikkelingen te eenzijdig op ruimte voor wonen en vooral het realiseren van erg ambitieuze woningaantallen. Wanneer het gaat om werken, is er vaak meer focus op de hogere opleidingsniveaus in combinatie met waar werkfuncties makkelijk te mengen zijn met wonen. Te makkelijk wordt voorbijgegaan aan het feit dat een deel van de bedrijfsactiviteiten van het MKB zich niet leent voor mengen met wonen. Je zal ook eens moeten zeggen dat in een gebied alleen wordt gewerkt. Ruimte voor werken staat onder te grote druk, terwijl ruimte voor werken voor mensen met alle opleidingsniveaus aansluit op de inclusieve doelstellingen van de gemeente.

circulaire Haagse economie levert minimaal 3.500 banen op

Er is daarnaast substantiële ruimte nodig voor het realiseren van de noodzakelijke stedelijk economische circulaire ambities. Momenteel zie je vooral nog in havengebieden dat ruimte die vrijkomt door afbouwen van fossiele brandstoffen vrij wordt gehouden voor circulaire ambities. Waardevolle materialen en grondstoffen opnieuw inzetten levert werkgelegenheid op. Het repareren, distribueren en verkopen creëert in de ogen van de gemeentelijke visie op circulair economie uit 2018, vooral ook laaggeschoolde arbeidsplekken. Inschatting van de gemeente is dat een geheel circulaire Haagse economie minimaal 3.500 banen oplevert in de bouw, handel en overheidsdiensten.

ruimte voor maakindustrie op bedrijventerrein tpy

Den Haag erkent belang economie

Het is natuurlijk mooi dat de gemeente wel degelijk het belang van stedelijke economie erkent en hier serieus werk van maakt. Op papier zet de gemeente terecht breed in op vier zaken: attractieve stad, veerkrachtige economische structuur, excellent ondernemingsklimaat en voldoende ruimte in aantrekkelijke werkmilieus. De stad timmert economisch steeds meer aan de weg. Den Haag heeft de wind mee nu quality of life steeds belangrijker wordt voor het stedelijk vestigingsklimaat en aantrekken van internationals. De stad heeft nu goede culturele en horeca voorzieningen en profiteert van de ligging aan zee met veel natuur. Den Haag blijft koersvast wat betreft de internationale profilering en clustering van organisaties rond recht en vrede. De stad heeft de achterblijvende economische prestaties vergeleken met de andere Randstadsteden omgezet in actie en investeringen.

kiezen voor verbod op verdere transformatie bestaande bedrijventerreinen

Naast de sterke en (te) dominante non-profit sector is de stad zich bewust van het belang van ruimte voor opkomende clusters zoals rond ‘The Hague Security Delta (HSD), een cluster van cyberveiligheidsbedrijven in Bezuidenhout’ en Technology Park Ypenburg (TPY), een cluster van bedrijven die hoogwaardige kunststoffen produceren. Het is knap dat de gemeente, De Haagse Hogeschool, Hogeschool Inholland en de Universiteit Leiden – onder de naam Campus Den Haag – samenwerkt aan het versterken van kennisinfrastructuur en daarmee het ondernemingsklimaat. Den Haag profiteert in toenemende mate van de reeds jarenlange publiek-private samenwerking in de binnenstad. Dit komt tot uiting bij de noodzakelijke transformatie van de binnenstad tot het kloppend hart van de stad, waarbij beleving, kwaliteit, groen, cultuur en het verblijven naast winkelen en horeca centraal staat.

ruimte voor werk op dedrijventerrein

Handen uit de mouwen economie

Probleem is echter dat de Haagse ambities voor voldoende ruimte voor werkmilieus teveel blijft hangen in intenties. Er is door alle focus op wonen en high tech te weinig aandacht voor de basis en ruimte voor het gewone MKB. Er gebeuren op en rond de Binckhorst prachtige dingen, maar dit geldt niet voor de ruimte voor gewone bedrijven, maken, ambachtelijkheid en wat meer industrieel werk in dit gebied. Voor dergelijke bedrijven is nog weinig ruimte over. Hoopgevend is het recente statement van wethouder Bruines (30-12-2021) in de regionale media ‘dat er in de stad meer ruimte nodig is dingen te maken’. Het wordt tijd dat de politiek in het verlengde hiervan, minimaal durft te kiezen voor een verbod op verdere transformatie van de bestaande bedrijventerreinen naar niet-werkfuncties. Ik zou zelf een stap verder gaan in lijn met de vastgestelde economische visie van de gemeente om de komende tien jaren een stop te zetten op transformatie van werkgebieden. Duidelijkheid, lange termijn en investeringszekerheid is nodig.

De basis op orde?

Het is te prijzen dat Den Haag door haar inzet op enkele sterke clusters werkt aan een betere trekkracht aan de bovenkant van de arbeidsmarkt op de onderkant. Praktijk is echter dat dit zogenaamde ‘trickle down’ effect maar beperkt werkt. Den Haag kent al lange tijd een relatief grote groep inactieven op de arbeidsmarkt, een relatief hoge werkloosheid, en veel ongeschoolden en laagopgeleiden. Tegelijkertijd is het opmerkelijk dat keer op keer vanuit bedrijventerreinen zoals ZKD, Schilde en Fruitweg aandacht moet worden gevraagd voor het sociaaleconomisch belang van dergelijke gebieden.

werk op bedrijventerrein

Bedrijventerreinen behouden en scheppen werkgelegenheid. Wie zich druk maakt om werkgelegenheid moet zich druk maken om bedrijventerreinen. Zeker lager opgeleiden zijn vaak minder mobiel en zijn voor werk sterk afhankelijk van binnenstedelijke en lokale bedrijventerreinen. Deze terreinen worden vaak als eerste genoemd bij alle woningnoodimpulsen of als locatie voor het huisvesten van bijzondere doelgroepen. Er zou meer aandacht moeten zijn bijzondere doelgroepen gewoon te huisvesten in de woongebieden. In een attractieve stad moet er ook plek zijn waar nog echt dingen worden gemaakt, ruimte is voor vakmanschap en ambachtelijkheid. Op dergelijke plekken kan niet altijd worden gewoond. De economie wordt steeds circulairder en dit levert zoals eerder gezegd ook weer banen voor lager opgeleiden op. Er moet ruimte zijn waar producten worden gerepareerd, hergebruikt, opgeslagen, gesloopt, gerecycled en daardoor weer waarde wordt toegevoegd. Hier moet je niet willen wonen.

plekken waar producten worden gerepareerd, hergebruikt, opgeslagen, gesloopt, gerecycled

De stad zou naast de zoektocht naar nieuwe werklocaties voor het realiseren van haar circulaire ambities, veel meer gebruik kunnen maken van bestaande bedrijventerreinen. Den Haag staat bekend om haar publiek-private samenwerking. Richt deze ervaring en manier van werken naast de topclusters en binnenstad ook op de ‘gewone’ werkgebieden. Ga daar met ondernemersverenigingen, ROC Mondriaan, de Haagse Hogeschool en de universiteiten van Leiden en zeker de technische en innovatieve know how uit Delft aan de slag met de transitie naar een meer circulaire economie en betrek omliggende wijken hierbij.

Ruimte voor werken maakt een stad attractief, het is sociaal en het is nodig voor het realiseren van de Hofstedelijke circulaire ambities. In een prachtige stad als Den Haag moeten er dingen gemaakt worden.

Foto’s: TPY