Stadmakers en de ACOR: samenwerken aan openbare ruimte
Hoe kunnen stadmakers en de inmiddels 25 jaar oude ACOR (de gemeentelijke Advies Commissie Openbare Ruimte) optimaal samenwerken in de Haagse openbare ruimte? Die vraag stond centraal in het STADconsult dat Platform STAD en de gemeente Den Haag samen organiseerden op het Haagse stadmakersfestival op 15 november 2024 in Amare.

Samenvatting
De belangrijkste aanbevelingen voor stadmakers zijn:
- Neem de ACOR eerder in het proces mee voor advies of om mee te sparren.
- Trek tijdig op met de stadsdelen en Haags Samenspel om samen tot voorstellen te kunnen komen waarin zowel de fysieke (openbare ruimte) alsook de sociale effecten worden uitgewerkt.
- Stel vervolgens de vraag “Hoe kunnen we dit doen?” in plaats van te stellen “Dit gaan we doen.” Dat nodigt veel meer uit tot gesprek.
De belangrijkste aanbevelingen voor de ACOR en de gemeente zijn:
- Maak breed bekend dat stadmakers advies kunnen vragen voordat ze met een definitief voorstel hoeven te komen. Het helpt daarbij als relevante verslagen voor stadmakers, publiek toegankelijk worden. Zo kunnen ze zicht krijgen op afwegingen en leren van anderen.
- En ga samen echt tekenen op een kaart om inzicht te krijgen en draadvlak te creëren. Bijvoorbeeld rondom de (her)inrichting van een aantal Haagse pleinen. Rotterdams evenementenbeleid kan daarin een voorbeeld zijn.
Tot slot geeft het ook meer inzicht te weten dat een aantal initiatieven niet bij de ACOR strandt, maar al eerder wegens ander beleid dan welke op de openbare ruimte is gericht (bijvoorbeeld horecaregels of veiligheid).
Uitgebreid verslag:
Stadmakers en de ACOR: samenwerken aan openbare ruimte
Wat is nu precies de taak en werkwijze van de Haagse ACOR, de gemeentelijke Advies Commissie Openbare Ruimte? En welke ideeën en aanbevelingen kunnen stadmakers, initiatiefnemers en de gemeente benoemen om de samenwerking met de ACOR te optimaliseren? Die vragen stonden centraal in het STADconsult De ACOR: samenwerken aan de openbare ruimte dat Platform STAD en de gemeente Den Haag samen organiseerden tijdens het Haagse Stadmakersfestival op 15 november 2024.
Maaike Patist, directeur Stadsdelen en Wijken, is vanuit haar functie actief betrokken bij de Haagse stadmakers en geeft een inleiding. Ze vertelt het publiek dat de gemeente werkt aan een zo goed mogelijke samenwerking tussen de gemeentelijke organisatie en initiatieven uit de stad. Onder andere door te werken met gemeentelijke aanspreekpunten die initiatiefnemers snel doorverwijzen naar de juiste interne contactpersonen waardoor versnelling en meer efficiëntie en effectiviteit ontstaan. En door mogelijkheden te geven om eerder in het proces al advies te geven over mogelijkheden en valkuilen, of sparring met deskundigen aan te bieden. Dit laatste is ook een belangrijke optie voor de ACOR.
Taak en werkwijze ACOR
Richard Koek, expert Stedenbouw van de gemeente en voorzitter van de ACOR, de deelnemers mee in de dagelijkse praktijk van de ACOR. De ACOR (Advies Commissie Openbare Ruimte) is het adviesorgaan van de gemeente dat adviseert over plannen en initiatieven in de openbare ruimte. Het is dus geen toetsingscommissie. Het gaat altijd om de openbare ruimte van de gemeente. Initiatieven als de Spinozahof (locatie van corporatie Staedion) hoeven geen rekening met de ACOR te houden. De commissie bestaat inmiddels 25 jaar en behandelt jaarlijks tussen de 1100-1200 aanvragen. Aanvragen komen deels van gemeentelijke afdelingen en deels van initiatiefnemers uit de stad. Die laatste lopen uiteen van plaatsingsverzoeken voor kerststallen of oliebollenkramen tot verzoeken voor vergroening of evenementen door stadmakers.
De ACOR kijkt bij haar advisering naar een goed ontwerp, veiligheid, goed beheer en de staat waarin initiatiefnemers een locatie achterlaten nadat het initiatief is afgerond. De kaders voor advisering zijn op hoofdlijnen beschreven in de Kadernota Openbare Ruimte en het bijbehorende Handboek. Thema’s zoals leefbaarheid en duurzaamheid (groen, klimaat, energie, mobiliteit) worden ook in de advisering meegenomen, omdat beleid daarnaar ontwikkelt. In haar advies geeft de ACOR vervolgens aan of ze (1) akkoord is, (2) niet akkoord is maar adviseert over aanpassingen die alsnog tot een akkoord kunnen leiden, of (3) dat ze voorstellen afwijst.
Richard behandelt vervolgens de dagelijkse praktijk van de ACOR met behulp van twee voorbeelden: het adviseren over terrasaanvragen en over evenementenaanvragen.
De ACOR en terrassenbeleid
De ACOR krijgt veel aanvragen voor terrassen. Bij haar advies toetst de ACOR aan zaken zoals het vrijhouden van looproutes en het voldoen aan regels over de terrasbreedte. De huidige ervaring is dat maten in de praktijk vaak te krap zijn voor voetgangers (zeker rolstoelen), dat de handhaving niet optimaal is georganiseerd, en dat terrassen steeds groter en voller worden. Dit soort ervaringen gaan ook op voor andere initiatieven in de openbare ruimte, bijvoorbeeld voor boekenmarkten. Het wordt steeds voller en drukker in de stad.
Meer handhaving kan die ontwikkeling tegengaan. Maar vanuit de deelnemers komt ook het idee om op een plein een bepaald gebied te bestemmen voor terrassen en voor het gebruik van de rest van het plein een met de buurt gemaakt en breed gedragen plan op te stellen. Daarin kan het ook zo zijn dat de buurt (tijdelijk) meer terrasruimte wil, wat dan democratisch besloten is. Wanneer zo’n plan ook een goed ontwerp heeft, is het waarschijnlijk dat de ACOR akkoord kan gaan. Een ander voorstel is om terrassen op plekken en pleinen meer in te tekenen in plaats van de focus op extra regels stellen (die dan weer gehandhaafd moeten worden).
De ACOR en evenementen
De ACOR krijgt ook steeds meer verzoeken voor evenementen, onder andere van stadmakers. Richard merkt op dat die vaak niet worden ingediend in de vorm van “Hoe kan ik dat het beste doen?” maar “Ik wil dit en dit doen.” Hij wijst erop dat de ACOR ook om advies gevraagd kan worden zonder dat er meteen een definitieve concrete adviesaanvraag is. Hij moedigt de stadmakers aan om samen met het stadsdeel te komen praten over ruwe ideeën. Zo krijgen initiatiefnemers vroegtijdig in beeld wat wel kan en waar knelpunten liggen en kunnen uiteindelijke concrete adviesaanvragen realistischer en beter uitgewerkt worden. De ACOR kan beter aan zowel stadmakers als stadsdelen communiceren dat deze mogelijkheid er is.
Samenspel van de ACOR en stadmakers
Vanuit de deelnemers komt de vraag hoe de ACOR ook de zachte kant van de stad (het thema van het stadmakersfestival) en sociale aspecten van stedelijke ontwikkeling meeneemt, zoals draagvlak van bewoners voor initiatieven. Dit lijkt nu niet altijd goed meegenomen in de afweging. Het is wel al vastgelegd in het beleid en het Handboek voor de openbare ruimte, maar wie van de leden van de ACOR is hier alert op tijdens hun vergaderingen?
Volgens Richard kan dit gedeeltelijk worden opgevangen doordat stadmakers zelf vooraf met het stadsdeel contact hebben en de sociale kant op deze manier meenemen in hun initiatief. Ook kunnen stadmakers meer samenwerken met Haags Samenspel (de gemeentelijke ondersteuning van Haagse initiatiefnemers en stadmakers) en met de Participatieverordening. Vervolgens kunnen stadmakers, stadsdeel en Haags samenspel gezamenlijk optrekken richting ACOR.
Aansluitend op de kwestie rondom de terrassen, kan ook daar de zachte, sociale kant van de stedelijke ontwikkeling actief door stadmakers worden. Juist wanneer ze samen met de ACOR en andere partijen kunnen gaan werken aan plannen voor een aantal Haagse pleinen waar specifiek de terrassen een vraagstuk zijn. Door daarbij stadmakers, ondernemers en buurtbewoners tijdig mee te nemen, kunnen breed gedragen plannen en kaders worden uitgewerkt. De ACOR kan daarbij tijdig adviseren over wat wel en niet kan, onder andere in overleg met de vergunningverleners en beheerders. Stadmakers kunnen op deze manier ook betrokken worden bij de uitwerking van het binnenstadsplan.
Wat betreft samenwerking rondom evenementen verwijst een van de deelnemers naar Rotterdam. Daar heeft de gemeente de wens om meer evenementen te organiseren en zijn voor een aantal plekken actief evenementenverordeningen gemaakt waarop stadmakers kunnen inhaken. Den Haag kan onderdelen van dit beleid overnemen.
Overige aandachtspunten
Haagse Stadmakers kunnen ook worden geholpen door de gelegenheid te krijgen om initiatieven te laten versterken door gebruik te mogen maken van enkele uren advies van ontwerpers, bijvoorbeeld van het Ingenieursbureau van de gemeente. Dat kan voorstellen net dat beetje extra geven waardoor ze aantrekkelijker worden.
Een kritiekpunt dat tijdens de sessie naar boven komt is dat de verslagen van de ACOR niet openbaar zijn, wat wel het geval is bij de Adviescommissie Omgevingskwaliteit, vroeger welstandscommissie. Ook is inspreken of het toelichten van de aanvraag moeilijker. Meer open(baar)heid in de toekomst kan dit wegnemen. De ACOR heeft over 2023 een kort jaarverslag gemaakt wat de komende jaren zal worden gecontinueerd en waarin op dit aspect zal worden ingegaan.
Tot slot is het goed om na te gaan waar bepaalde initiatieven stranden. Dat hoeft namelijk niet altijd bij de ACOR te zijn. Een voorbeeld is de Helena waar de wens was om met behulp van een terras een verbinding te maken met de mensen uit de buurt. Hier ontstonden vooral belemmeringen vanwege het ontbreken van een horecavergunning van de beoogde exploitant en eisen uit de APV (Algemene Politie Verordening). Hier heeft de ACOR geen invloed op.
Foto: Young Digitals