Archipunctuur: groei vraagt om solidariteit

Wonen in achtertuinen, op binnenterreinen, boven garages of tegen kopgevels? Tijdens het STADgesprek Archipunctuur als impuls bleken vooral professionals kansen te zien om een deel van de groei op dit soort vergeten plekken te laten landen. Erik Schotte (LIAG architecten) heeft 100 van deze plekken in kaart gebracht. Met 4.500 nieuwe woningen kan archipunctuur volgens hem een wezenlijke bijdrage leveren aan de groei van de stad. Maar bewoners in de zaal zien ook bezwaren. (foto header: Archipelontwerpers)

Archipunctuur biedt kansen

Het toevoegen van nieuwe woningtypen in wijken als Vogelwijk, Archipelbuurt en Benoordenhout zorgt volgens Schotte voor doorstroming, differentiatie en meer reuring. Ontwikkelaar Rico Zweers (De Mannen van Schuim) ziet kansen door een deel van de toegevoegde oppervlakte te reserveren voor de (deel)economie en ontmoeten. Kleinschalige ontwikkeling kan volgens hem ook hele duurzame woningen opleveren. En dat is ook een onderscheidende kwaliteit. Volgens Schotte krijg je voor het bouwen van kleinschalige energieneutrale woningen sneller een ontheffing op het stikstofbesluit en is de realisatie bovendien minder conjunctuurgevoelig dan grootschalige bouwprojecten.

Kwaliteit zorgt voor draagvlak

Als je dit soort ‘holle kiezen’ in wijken wilt aanpakken moet je volgens Dorte Kristensen (Atelier PRO) eerst je ambitie goed vastleggen in een beleidsnota. Als je echt kwaliteit toevoegt zorgt dat vaak al voor draagvlak. Maar wie let nog op kwaliteit? vraagt zij zich af. Welstand reageert pas achteraf op plannen en zal niet snel vragen om het hele bouwplan om te gooien. Daarom pleit zij voor een beleidsnota ‘Klein en Fijn’ waarin de ambities voor archipunctuur vastgelegd worden. Beleidsmakers in de zaal zijn het met haar eens en wijzen er op dat ook bestemmingsplannen aangepast moeten worden.

tekst gaat verder onder de foto

Cocreatie

Archipunctuur kan volgens professionals wezenlijk bijdragen aan het verdichtingsvraagstuk en is een goed middel om verdichting beter over de stad te spreiden. Dan moet je niet alleen op kwaliteit letten, maar dienen bewoners ook actief bij de plannen betrokken te worden. Op deze manier zijn in de binnenstad van Delft in 10 jaar tijd 35 kleine projecten gerealiseerd. Cocreatie levert wel vaak lange trajecten op. En Zweers vreest, als ontwikkelaar, dat de marges van kleinschalige projecten door uitgebreide consultatie van omwonenden onder druk komen te staan. Een andere ontwikkelaar merkt op dat in de ‘betere’ wijken van Den Haag nieuwe projecten bijna onmogelijk worden gemaakt door bezwaren van bewoners.

Tegengestelde belangen in wijken

Dat het Haagse bewoners-krachtenveld een factor is om rekening mee te houden blijkt direct in de zaal. Inwoners van Benoordenhout, Moerwijk, Bezuidenhout en Mariahoeve hebben elk hun eigen ideeën over de groei van Den Haag.

De groei van de stad land nu vooral in kwetsbare wijken en rond de stations. In het Bezuidenhout zal in de komende jaren het inwonertal verdubbelen. Er komen veel hoge woontorens bij, de vraag is of de voorzieningen dat aankunnen, merkt een bewoonster op. De groei is hier zo sterk omdat de wijken op het zand op slot lijken te zitten.

Dat valt volgens inwoners van Benoordenhout best mee. Door herbestemming van lege kantoren komen er daar 400 appartementen bij: weliswaar geen groei van 50% zoals in Bezuidenhout, maar wel van 15%.

Bewoners in Den Haag Zuidwest maken zich zorgen of de sterke groei van vooral hun stadsdeel de segregatie niet verder zal versterken, met alle bijbehorende negatieve effecten. Het zou eerlijker zijn als de groei beter over Den Haag verdeeld wordt.

Maar een inwoner vanuit de Nassaubuurt in Benoordenhout is stellig: verdichting in hun buurt houden ze tegen, desnoods tot aan de Raad van State.

Een architect in de zaal merkt op dat het ruimtegebrek in de stad niet alleen een fysiek, maar ook een mentaal probleem is. Je moet elkaar ook de ruimte gunnen. Een goede verdeling van de groei vraagt om solidariteit.

Het STADgesprek ‘Archipunctuur als impuls’ vond plaats op 12 december met Erik Schotte (LIAG architecten), Dorte Kristensen (Atelier PRO) en Rico Zweers (De Mannen van Schuim).

De studie ‘100 plekken 1000 kansen’ is aan te vragen bij pr@liag.nl